The Legend of Zelda: Breath of the Wild

archief
Kevin Rombouts op 20 januari 2020
The Legend of Zelda: Breath of the Wild

Stel aan menig gamer de vraag welke titel je voor de Nintendo Switch moét hebben en je zal een veelvuldig The Legend of Zelda horen. Nintendo zet met de beperkte line-up dan ook het meeste van haar geld op het nieuwe avontuur van Link en zijn kompanen. Dat het dit doet terwijl het de bekende en vertrouwde formule van de serie loslaat, is voor velen echter een grote verrassing. Veel kan er niet misgaan aan een Zelda-game, maar Nintendo laat met The Legend of Zelda: Breath of the Wild zien dat er wel heel veel goed kan gaan.

Vandaag de dag is het haast onmogelijk om spoilervrij aan een game te beginnen. Trailers verklappen om de haverklap cruciale details van een verhaal. Raadpleeg een keer Wikipedia en je weet meteen dat Darth Vader de vader is van Luke (#spoileralert). Bespreek een game eens met wat vrienden en er lijkt meteen niets meer aan te zijn. Het was dan ook een hele prestatie om met een leeg canvas de game in te duiken, helemaal wanneer collega’s voorheen al een demo van de game hadden gespeeld. Toch dook ik zonder echte voorkennis het avontuur in. Al snel bleek dat ik niet de enige in die situatie was: ook Link heeft geen flauw idee in wat voor avontuur hij dit keer is beland.

Niet je standaard Zelda-verhaal

In menig Zelda-titel weet je binnen het eerste half uur hoe de vork in de steel zit. Het is aan jou om iemand te redden. Of dit nu een piraat, een prinses of je zusje is, dat doet er niet zo toe. Er is altijd wel een dame in nood en een slechterik om te verslaan. Wanneer in dit avontuur Link uit zijn slaap ontwaakt, heeft hij nog geen flauw idee wat er aan de hand is. In enkel een onderbroek stap je uit je slaap. Zonder broek aan je kont en wapen in je hand is het aan jou om uit te zoeken wat er precies gaande is.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Al snel kom je tot de conclusie dat dit niet het Hyrule is zoals je gewend bent uit de serie. Geen rustieke dorpjes, geen huizen vol potjes om kapot te slaan. Monsters en ruïnes voeren de boventoon en dat is best even slikken. Een Temple of Time die voornamelijk bestaat uit brokstukken is wel even iets anders dan dat je gewend bent van de serie. Het wordt vrij vlot duidelijk dat deze vernietiging niet over één nacht ijs is gegaan. Een kleine honderd jaar had Ganon de tijd om heel wat schade aan te richten, terwijl jij rustig een schoonheidsslaapje hield.

You can go your own way

Niet alleen het landschap is een complete honderdtachtig graden gedraaid van voorgaande titels. Nintendo slaat in Breath of the Wild een hele hoop interessante weggetjes in die fans niet zagen aankomen. Misschien wel het belangrijkste voorbeeld daarvan is de haast oneindige keuzevrijheid die je van de Japanse gigant krijgt in de game. De dagen dat je rustig aan je handje langs allerlei mooie locaties werd meegenomen, is echt voorbij. De serie is volwassen geworden en het is aan jou de taak om dat in rottempo ook te worden. Doe je dat niet, dan zal het pijnlijk duidelijk worden hoe wreed de wereld om je heen wel niet is.

Gelukkig laat Nintendo er geen gras over groeien en schiet het meteen van de eerste naar de vijfde versnelling. Nadat je onder begeleiding een enkele tempel hebt bezocht, krijg je de boodschap dat je nog drie andere tempels moet bezoeken. Waar die zijn of hoe je ze moet bereiken? ‘Dat zoek je verdomme zelf maar uit’ is de boodschap als je tussen de regels door kan lezen. Geen markeringen op je kaart, geen hints. Je hebt een verrekijker en daar zal je het mee moeten doen.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Nog in je eerste twee tot drie uur bezoek je verschillende tempels, klim je over bergen en krijg je het met heel wat bokoblins aan de stok. In rap tempo leer je de basics van de game en krijg je een doel voorgeschoteld. Lessen die heel belangrijk zijn voor je avontuur, blijkt al snel. Want wanneer je net trots op jezelf bent dat je een ijzige berg hebt weten te bemeesteren en maar tien keer een Game Over-scherm hebt gezien, blijkt dat je pas het topje van de ijsberg hebt bezocht. No pun intended, eerlijk waar.

Bezoek de nieuwe wereld

Het Hyrule dat je in Breath of the Wild krijgt voorgeschoteld, is namelijk enorm. Met The Legend of Zelda: The Wind Waker had ik al vaak het gevoel met een grote wereld te maken te hebben. Onnozel, blijkt nu. Want wat bij The Wind Waker genoeg was om de gehele spelwereld te vullen, is in Breath of the Wild net genoeg om je de basis uit te leggen. Landschappen zo ver het oog reikt. Bergen van honderden meters hoog. Het mooiste van alles: het is allemaal te bereiken, te bewandelen, te beklimmen.

Nintendo laat daarmee letterlijk de touwtjes los. Wil jij die metershoge rotswand beklimmen? Prima, leef je uit. Gaat het wandelen allemaal te langzaam? Zie maar dat je een paard te pakken krijgt en weet te temmen. Of je daar speciale gear voor nodig hebt? Doe niet zo gek. Een gezond verstand en twee stevige benen en je komt al een heel eind in Breath of the Wild, iets wat de game dan ook zo ontzettend mooi maakt.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Diezelfde retoriek gaat op voor de rest van de game: hoe jij het aanpakt, is helemaal aan jou. Aan het begin van de game geeft de game je een aantal hulpmiddelen in de vorm van de Sheikah Slate. Een handige tablet die je direct krijgt en misschien wel je belangrijkste hulpmiddel wordt gedurende je avontuur. Met de tablet is het niet alleen mogelijk om de kaart van Hyrule te bekijken (voor zover deze voor je is ingevuld), maar ook gebruik te maken van speciale krachten.

De Sheikah Slate geeft je namelijk toegang tot allerlei nuttige, speciale krachten. Krachten waar je voorheen menig eindbaas voor moest verslaan, mening tempel moest verkennen en menig opdracht voor moest uitvoeren. De goede oude tijd dat je nog in alle paniek ergens bommen vandaan moest halen om verder te kunnen, zijn in Breath of the Wild verleden tijd. Een simpele swipe en je hebt de beschikking over bommen, ijspilaren en een selfie-camera. Jup, echt waar.

Ik ga op reis en neem mee…

Net als dat de dagen van een schrijnend bommentekort voorbij zijn, is ook de tijd dat een te kleine portemonnee voor al je rupees je grootste probleem was, echt voorbij. Aangezien echt bijna alles en iedereen je in Breath of the Wild omver wilt helpen, kent de game een belangrijk nieuw principe: inventory management. Het op orde houden van je onzichtbare rugzak is van het grootste belang wanneer je wilt overleven.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Het is in de game namelijk niet meer zo dat je aan een enkel zwaard en schild voldoende zal hebben in de game. In een gemiddeld uurtje gamen jaag ik er gemakkelijk vijf zwaarden, een paar schilden en een boog doorheen. Iedere aanval die je uitvoert en iedere klap die je incasseert, heeft namelijk effect op de stevigheid van je wapen. Dat je zwaard midden in een gevecht in duizenden stukjes breekt, is in Breath of the Wild aan de orde van de dag.

Het wordt nog een stukje erger wanneer het gaat om je kledingkeuze. Buiten het feit dat mensen zeer afkeurend zullen reageren wanneer je met enkel een onderbroek aan je kont het gesprek aangaat, is de natuur in de titel wreed en onvergeeflijk. Wandel je over Death Mountain of door de Gerudo-woestijn, dan zal je al gauw oververhit raken. Of nog erger: letterlijk in brand vliegen. Het gebeurt. Hoog in de bergen gaat het precies de andere kant op. Neem een paar stappen en je ziet je hartjes gewoon leeglopen, totdat je uiteindelijk in een ijsblokje verandert. De oplossing: de juiste kledij. Specifieke kleding geeft je weerstand tegen de hitte of de kou, wat wel zo handig is.

Een fout die je echter altijd zal maken, is om in een flinke onweerstorm te gaan verkennen. Deze heftige buien kennen namelijk geen genade. De beste raad is dan ook dat wanneer het flink gaat stormen, je jezelf meteen ontdoet van alles wat maar een beetje op metaal lijkt. Doe je dat niet, dan is de kans heel groot dat jij als wandelende bliksemafleider het graf in wandelt. Bedankt voor het meedoen, probeer het de volgende keer gewoon weer.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Tempel in, tempel uit

Wanneer ik bezig ben met Breath of the Wild, stel ik me vaak een vergadering bij Nintendo voor, waarbij iemand riep: “Weet je hoe we alles in vorige Zelda-games deden? Dat gaan we nu weer doen, maar dan net even een flinke slag anders.” Iets wat nergens zo duidelijk wordt als bij de tempelstructuur van Breath of the Wild. Vroegâh was het principe simpel: je gaat naar een tempel, je lost een puzzel op en je krijgt een nieuw voorwerp om daarna een eindbaas mee te verslaan.

Ook in de nieuwe game zijn er uiteraard tempels, maar hebben ze een compleet andere structuur gekregen. Dit keer zijn het er namelijk niet vijf of vijftien, maar eerder richting de honderdvijftig. Verspreid over heel Hyrule kom je kleine tempels tegen waarin je tussen de vijf tot tien minuten zoet bent. Tempels waarin je soms het gevecht aan moet gaan om je vaardigheden te testen, terwijl in andere tempels het brein op de proef wordt gesteld.

Hoewel deze tempels nooit gaan vervelen en altijd weer wat nieuws lijken te bieden, is er wel snel het gevoel dat je een tempel al eerder hebt gezien. Dat komt vooral omdat er voor één grafische stijl in de tempels is gekozen die ook overal hetzelfde is. Als resultaat zijn de tempels enorm schaalbaar en zijn ze in groten getale aanwezig. Men hoefde immers maar één keer een set elementen van de tempels te ontwikkelen om ze daarna keer op keer opnieuw toe te passen, telkens op een andere manier.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

De vier grote

Gelukkig is er voor de fans onder ons wel een klein beetje van de oude tempelstructuur bewaard gebleven in Breath of the Wild. Dit komt terug in de vier Divine Beasts die door bepaalde gebieden van Hyrule heen struinen. Enorme mechanische constructies die het land terroriseren en door jou moeten worden ontdaan van kwade bedoelingen. Met ieder een eigen thema puzzel je jezelf een weg door de vier enorme creaties, om het uiteindelijk op te nemen tegen een eindbaas.

Waar de game voor een groot gedeelte ongenadig hard is, valt het me op hoe mak deze eindbazen dan weer zijn. Natuurlijk hebben ze ieder hun eigen aanvalspatronen en een specialiteit op het gebied van wapens en elementen, maar eng of angstaanjagend zijn ze nooit. Ook design-technisch zijn ze ontzettend saai en helemaal niet wat we van Nintendo zijn gewend. In veel gevallen is het vaak nog leuker om een mini-eindbaas ergens in de wildernis te lijf te gaan dan met een tempelbaas op de vuist te moeten.

De Switch op de proef

Dat Nintendo met Breath of the Wild een hele hoop gokjes waagt met een enorme inzet, moge ondertussen duidelijk zijn. De grootste gok is echter die met de Switch. The Legend of Zelda: Breath of the Wild voelt in veel gevallen als een ‘alles of niets’-actie van Nintendo, waarbij het op de blote knietjes bidt dat het een groot succes gaat worden. Daarbij lijkt het ook meteen zo veel mogelijk uit het apparaat te persen.

The Legend of Zelda: Breath of the Wild 
 Pixel Vault

Dat resulteert wel in het feit dat Breath of the Wild een prachtige titel is geworden. Hoewel de art-stijl van de game niet iedereen evenveel zal aanspreken, oogt de game prachtig aan. Vooral wanneer je op je paard of te voet van gebied naar gebied reist, is het een lust voor het oog. De gebieden zijn afwisselend en hebben ieder een duidelijk eigen stijl in architectuur en beplanting, waardoor je altijd een goed gevoel hebt van waar je jezelf bevindt. Zelfs in een enorme lap grond zoals Hyrule. Toch brengt dit ook een keerzijde met zich mee, want soms wil Nintendo te veel uit het kersverse apparaat halen en dat is zorgelijk.

Zaken als pop-ups van beplanting is nog iets wat ik voor lief kan nemen. Waar ik echter meer problemen mee heb, is dat wanneer een game al standaard op 30 frames per seconde draait, deze dan ook nog last kan hebben van framedrops. Vooral in gedeeltes waar veel vegetatie te vinden is en particle-effecten over het beeld dwarrelen, merk je dat de game het zwaar heeft. Wat wel een belangrijke opmerking is om hierbij te vermelden, is dat dit zich vooral voordoet wanneer je op een tv aan het spelen bent. In de handheld-modus van de console lijken deze problemen zich een stuk minder vaak voor te doen.