Dragon Quest Builders

archief
Robert Zomers op 20 januari 2020
Dragon Quest Builders

Japanse RPG’s kenmerken zich door traditionele gameplay en verhaallijnen. Dat de Dragon Quest-franchise de boel een beetje durft op te schudden, is dan al bijzonder: een directe mix met Minecraft in Dragon Quest Builders is haast revolutionair. Is de breuk met het conservatieve format van de JRPG een slimme zet van Square Enix of hadden ze bij het bedrijf beter bij hun Japanse leest kunnen blijven?

De eerste Dragon Quest (toen nog Dragon Warrior) kwam uit voor de NES, de MSX en de PC-98 in 1986. Turn-based gameplay kenmerkt de serie, waarin je meestal een held speelt die de wereld moet redden. Je verzamelt vervolgens wat helden om je heen en een episch avontuur ontvouwt zich. Al deze klassieke elementen van Dragon Quest worden natuurlijk niet direct overboord gegooid. Square Enix heeft zichtbaar gezocht naar een mix tussen hun traditionele manier van Dragon Quest-avonturen presenteren en de sandbox gameplay zoals we die van Minecraft kennen.

DRAGON QUEST BUILDERS 
 Pixel Vault

Deze mix is meteen duidelijk wanneer je het eerst hoofdstuk begint. Niet alleen deze hoofdstukindeling is overgenomen uit de vorige delen, maar ook de introducerende tutorial neemt je op conservatieve wijze bij de hand. Je moet uit een grot ontsnappen en een bovennatuurlijke stem vertelt wat je moet doen. Verwacht daarbij geen spannende stemacteurs; tekst en uitleg wordt in alle gevallen scrollend in beeld gebracht. Om uit de grot te komen, hoef je echter geen vijanden te verslaan, maar moet je meteen bouwen. Met een stok sla je wat losse aarde los en maak je een primitieve trap naar de uitgang. Niet erg spannend verder, maar het maakt meteen duidelijk wat de insteek is van Dragon Quest Builders.

Tijdens je ontsnappingspoging krijg je ook te horen dat je geen held bent in dit verhaal, geen bijzondere superkrachten dus. Ook levelen is er niet bij. Dat je geen held bent en zonder superkrachten zit, wordt echter al snel weer ontkracht als je bovengronds komt. Je hebt namelijk wel als enige in de wereld van Alefgard het vermogen om constructies te creëren. Of met andere woorden: de rest van de bewoners is te zwakbegaafd om twee blokken op elkaar te stapelen. Het is een bijna krampachtige manier om je speciaal te laten voelen als speler, maar blijkbaar konden de makers niet van het superheldenformat afstappen.

Je moet dus meteen aan de slag zodra je iemand ontmoet buiten de grot en ze doorkrijgt dat je de geweldige gave hebt om blokken dirt op elkaar te zetten. Je eerste verplichte creatie is een hutje en hoewel je dit bijna net zo groot mag maken als je wilt, blijft het een hutje van opeengestapeld zand. Wanneer je deze opdracht met succes volbrengt, krijg je meteen meer opdrachten en word je flink aan het werk gezet. Denk hierbij aan het verzamelen van hout en eten voor een lekkere warme maaltijd, het bouwen van een werkplaats en een extra slaapkamer zodat je in ieder geval  ‘s nachts even verlost bent van de veeleisende bewoners die je op je quests tegenkomt of die zich melden bij de modderpoort van Alefgard.

Dragon Quest Builders

Je wordt dus van hot naar her gestuurd en al snel bouw je een portaal om ook buiten het begin-eiland grondstoffen te verzamelen en quests te doen. De wereld is namelijk geen willekeurig gegenereerde vrije zandbak, maar een afgebakend stukje natuur. Deze afbakening is deels bewerkstelligd door hoge bergen, maar vooral water begrenst je bewegingsvrijheid. Zwemmen is er namelijk niet bij.

De eerste paar uur in Dragon Quest Builders loop ik vooral tegen de eerder genoemde barrières aan en irriteren de veeleisende NPC’s me mateloos. Ik begin eraan te twijfelen of het misschien toch enkel kleine kinderen zijn die tot de doelgroep van Dragon Quest Builders behoren. De schuine moppen die de bewoners van je aarden dorpje maken zijn nog wel leuk, maar verder voelt het alsof je aan de hand van de juf door Minecraft heen loopt.

DRAGON QUEST BUILDERS 
 Pixel Vault

Als enige bewoner van Alefgard die mensen van een dak kan voorzien, zet ik toch door en speel ik verder. Kort daarna speel ik bouwstenen van stro vrij en kan ik de eerste decoratieve details aan mijn dorpje toevoegen. Het begint ergens op te lijken als ik ook wat kisten, bankjes, en potten plaats. Ik krijg betere tools en meer grondstoffen om mee te werken en voor ik het weet staat er een ommuurde nederzetting.

Naarmate de mogelijkheden toenemen, krijg je ook meer vrijheid en spannende quests. Hoewel het verhaal me vooralsnog niet echt heeft weten te grijpen, neemt het bouwen wel serieuze vormen aan en bouw ik rustig uren verder aan de stad. Het ontzettend trage begin is dus geen voorbode voor de rest van het spel, dat je best wel een goede mix van Dragon Quest en Minecraft biedt. Het is wel jammer dat het zo traag op gang komt en ik na een uurtje of dertig nog niet echt ben opgeschoten met het verhaal. Dit is aan de andere kant ook een pluspunt, want je komt met deze titel de winter wel door.

Behalve je HP level je het personage waar je mee speelt niet. In plaats daarvan creëer je steeds betere wapens, armor en schilden. De echte voldoening kreeg ik echter uit steeds toffere items en materialen om mijn stad mee verder te bouwen. Dat er telkens een nieuw hoofdstuk begint doet wel erg af aan deze progressie, want je moet dan afscheid nemen van je bouwsels. Ik had dan ook meer trek in de vrije spelmodus waar je helemaal los kunt gaan en de meest kunstzinnige kastelen kunt bouwen.  Dat wil niet zeggen dat de nieuwe hoofdstukken niet tof zijn; elk verhaal staat garant voor meer dan tien uur aan avontuur en bouwplezier.